Wat roept deze tijd op als het gaat om leiderschap?
Kort geleden woonden we een interessante topconferentie bij waarin o.a. de Duitse hoogleraar Otto Scharmer, coauteur van ‘Leading from the emerging future’ en Frederic Laloux, auteur van het invloedrijke boek ‘Reinventing organizations zich bogen over het vraagstuk ‘Leading in times of uncertainty’.
De kracht van het collectief is nodig in een lange tijd van ontwrichting
Volgens Scharmer weten we allemaal dat dit slechts het begin is van een lange tijd van disruptie en gaan we niet terug naar normaal. Ook zegt hij dat de vragen voor leiders zo groot en complex zijn dat het ‘okay’ is voor hen om te zeggen ‘ik weet wat de tijd van ons vraagt, ik heb het gezien en gevoeld’. ‘Ik doe een enorm grote uitnodiging aan iedereen want ik weet niet hoe we er gaan komen, maar ik heb jou nodig!’ Leiders die dat doen zijn niet zwak, ze blijken enorm sterk en creëren enthousiasme.
De rol van leiders is niet om alle antwoorden te hebben maar om licht te schijnen op wat de tijd van hen vraagt en een structuur te creëren waarin mensen kunnen instappen om er samen iets aan te doen. Scharmer (US) gebruikt een voorbeeld van hoe het niet moet: het gebrek aan apparatuur op de intensive care. Verpleegkundigen hadden hier nauwelijks een stem. Je zou als leider ook kunnen zeggen: ‘beste mensen we hebben een groot gebrek aan appratuur en ik vind het afschuwelijk voor jullie, laten we op vrijwillige basis samen een taskforce creëren over hoe we dit probleem gaan tackelen samen’.
Meer dan ooit voelt Scharmer onze onderlinge afhankelijkheid en de noodzaak de resten muur tussen ons en anderen te slechten en in contact durven te zijn met het ‘niet-weten’, het discomfort en je kwetsbaarheid als leider. ‘Alleen als we naar een diep niveau van eerlijkheid kunnen gaan hebben we de echte gesprekken en creëren daarmee de omstandigheden die nodig zijn om de problemen van deze tijd aan te pakken.
Toxische gedragingen en integriteit
Frederic Laloux vindt dat we in onszelf nog een paar deksels te lichten hebben en onszelf als leider vragen over integriteit moeten stellen. We zitten in systemen die toxisch zijn. Als voorbeeld noemt hij zijn eigen kinderen die vragen: ‘Papa: waarom ligt het snoepgoed onder bij de kassa in de supermarkt als iedereen weet dat het slecht voor je is?’ ‘Waarom doen ze dit?’ ‘Waarom zit alles in plastic?’ Het oude domein voor leiders was zorgen dat organisaties winst maken. Sociale rechtvaardigheid, duurzaamheid en milieu waren iets voor de regering. Leiders anno 2020 voelen die grens, kunnen hun integriteit terug claimen en daarmee het domein uitbreiden. Een CEO die zegt: ‘ja, ik voel de pijn van al dat plastic’. Kunnen we er over te praten?
Tenslotte
Scharmer en Laloux zijn voor ons grote bronnen van inspiratie als het gaat om ontwikkelen van leiderschap en organisaties. Hun zienswijze is verweven in ons succesvolle programma Collectief Leiderschap.